class="wp-singular post-template-default single single-post postid-824 single-format-standard wp-theme-hvpa">

Land- en tuinbouwgebied (1874-1964)

Land- en tuinbouwgebied (1874-1964)

De boeren die vanaf 1874 in de nieuwe Prins Alexanderpolder aan de slag gingen, ontdekten al snel dat de grond tamelijk weerbarstig was. Ondanks de ontwatering en bemaling was de bodem venig en drassig. Dik water volgens sommigen. Tegenvallende opbrengsten waren het resultaat. Tegelijkertijd ontwikkelde Rotterdam zich in snel tempo tot een grote havenstad. Er moesten veel magen gevuld worden. Omdat de grond minder geschikt was voor de verbouw van gewassen en er een toenemende vraag was naar groenten en vlees, legden veel landbouwers in de Prins Alexanderpolder zich in de loop van de jaren toe op tuinbouw en veeteelt. In 1890 werd van de 2668 hectare grond nog maar 10 procent gebruikt voor landbouw; tien jaar later was dat nog slechts twee procent.

De agrarirs in de Prins Alexanderpolder leverden aanvankelijk vooral aan Rotterdam. De producten bereikten de groentenveiling langs de Rotte (later langs de Boezembocht) per boot of vrachtwagen. Plat glas kassen van veertig vijftig centimeter hoogte waarbij een laag broeiende paardenmest voor de verwarming zorgde maakte geleidelijk plaats voor hoge kassen met een meer industrile bedrijfsvoering en grootschaliger opbrengsten. Houten kasraamwerken maakten plaats voor betonnen raamwerken, en kolen werden vervangen door electriciteit. Vooral in het interbellum en na de Tweede Wereldoorlog won de polder aan economisch belang. Naast de belangrijke toeleverende functie voor Rotterdam ontwikkelde de polder zich tot een van de belangrijkste tuinbouwgebieden van Nederland met beginnende internationale ambities. Die ambitie werd echter gefnuikt door de bouwplannen in de polder. Rotterdam was toe aan uitbreiding, en die uitbreiding richtte zich naar Oost-Rotterdam. 

In 1961 ontvingen de tuinders een investerings verbod. In de daaropvolgende jaren werden ze vrijwel allemaal uitgekocht. Het concept van de Glazen Stad, een grootschalig gebied van gendustrialiseerde tuinbouw complexen, werd gerealiseerd elders in het Groene Hart; niet in de Prins Alexanderpolder. In 1965 verrezen de eerste huizen in wat ooit een welvarend tuinbouwgebied was. Een nieuwe stad werd geboren: Alexanderstad.

 

 

 

Contact

Historische Vereniging Prins Alexander [email protected]